Meteen naar de inhoud

Gezondheid en LUA

Urinesysteem van Dalmatiërs en wat ‘LUA’ hier in betekent
Het urine systeem van Dalmatiërs werkt anders dan bij andere honden.
Normaal gesproken wordt purine uit voeding omgezet tot urinezuur. Dit urinezuur wordt vervolgens omgezet in allantoïne, wat makkelijk oplosbaar is in water. Bij de Dalmatiër werkt het omzettingsproces van urinezuur naar allantoïne niet optimaal. Het eiwit purine wordt wel omgezet in urinezuur, maar het urinezuur wordt niet volledig omgezet tot allantoïne. Urinezuur dat niet direct wordt omgezet, wordt opgeslagen in de nieren en zet zich deels om in uraatzout. Deze zoutkristallen kunnen groeien tot gruis of zelfs stenen, die tot een blokkade van de urineleider kunnen leiden.
Een Dalmatiër met dit rasspecifieke urinesysteem wordt ook wel HUA genoemd, High Uric Acid. Wanneer een Dalmatiër op een koude ondergrond plast, kun je vaak een witte waas zien, dit zijn zoutkristallen.
Gelukkig levert dit lang niet altijd problemen op. Door goede voeding en veel te drinken (dus goed verdunnen) kunnen problemen vaak voorkomen worden.

In 1973 werd het Dalmatiër “backcross project” in Amerika gestart. Met een kruising van een Pointer reu (omdat deze hond genetisch het dichtst bij de Dalmatiër staat) en een Dalmatische teef. Dr. Robert Schaible fokte deze kruising in een poging om het genetische uraat defect van de Dalmatiër aan te pakken.
Inmiddels, ruim 5 decennia later, komt het DNA voor >99,8% overeen met de andere geregistreerde Dalmatiërs.

Dit gen wordt LUA genoemd: Low Urine Acid. Een andere benaming is NUA (Normal Urine Acid) of gecombineerd tot L/NUA genoemd. Bij dalmatiërs welke het LUA gen dragen is het ratio urinezuur / creatinine normaal.

Je kunt daarmee niet stellen dat een LUA Dalmatiër gezonder is dan een HUA Dalmatiër. Net als bij alle andere honden, dragen nakomelingen de genen van hun voorouders. Ook invloeden van buitenaf vanaf de eisprong en daarna dragen bij aan het welzijn en de ontwikkeling van pups. Onder andere goed voer, veel liefde, aandacht, beweging, training en het opbouwen van een goede sterke band met de mens dragen allemaal bij aan de gezondheid en het karakter van een hond!

Wil je er nog meer lezen over LUA dalmatiërs? Bekijk dan de pagina van LUA Dalmatians World.

Doofheid
Bij Dalmatische honden komt, net als bij een aantal andere rassen, aangeboren doofheid voor. Dit wordt ook wel cochleaire doofheid genoemd. Vermoedelijk spelen meerdere genen een rol. Welke genen dat precies zijn is nog niet bekend. Enkele weken na de geboorte sterven de trilhaartjes in het gehoor af. Een proces dat helaas niet te voorkomen, te stoppen of omkeerbaar is. Cochleaire doofheid kan zowel éénzijdig (aan één oor) of tweezijdig (aan beide oren) voorkomen. Omdat deze vorm van doofheid genetisch bepaald is, wordt er allen gefokt met dieren die tweezijdig horend zijn. Ook is het zinvol om te onderzoeken of er bij de voorouders vaak doofheid voorkomt.
Eénzijdig horende honden zijn prima geschikt als huishond. Zij horen ruim voldoende om normaal te kunnen functioneren en de gemiddelde eigenaar zal hier meestal weinig tot niets van merken. Ook in de hondensport hoeft dit geen belemmering te vormen. 
Alle pups worden met een BAER onderzoek getest op doofheid, alvorens zij het nest verlaten. Een horend oor krijgt een + en een doof oor een -. We hopen dan ook op een +/+ uitslag.

Heupdysplasie (HD)
Heupdysplasie (HD) is een ontwikkelingsstoornis van de heupgewrichten. Deze ontwikkeling is het sterkst in de eerste twaalf levensmaanden. Het ontstaan van HD wordt door erfelijke factoren en door uitwendige invloeden bepaald. Honden met HD hebben hier soms veel last van en ontwikkelen bijvoorbeeld sneller artrose. Er zijn ook honden, met meer of minder ernstige misvormingen van de heupgewrichten, die daar geen last van lijken te hebben. Alleen het bekijken van het gangwerk (manier van lopen) van honden geeft onvoldoende informatie over de heupgewrichten. Om zekerheid te hebben over de ontwikkeling van de heupel Moet Röntgenfoto’s van de heupgewrichten gemaakt worden. Deze worden door de Raad van Beheer beoordeeld. Er wordt enkel gefokt met dieren die vrij zijn van HD, om de erfelijke factoren zo veel mogelijk uit te sluiten. Daarnaast wordt de ontwikkeling van de heupen en andere gewrichten onder andere beïnvloed door beweging en belasting, maar ook voeding, groei en lichaamsgewicht.